‘Ben ik een saaie Nederlander?’ Kjeld houdt zijn boterhamzakje met drie witte bolletjes met kaas vrolijk omhoog. Dit is zijn ontbijt én lunch! De verklaring luidt: ‘Ik ga altijd veel te laat van huis, dus eet ik pas mijn eerste bolletje op ’t Gerrit. En het vult heel goed.’ Kjeld woont in een dorpje op een uur rijden van Amsterdam. In dat dorpje zit een bakkertje en dat bakkertje verkoopt de witte bolletjes altijd 3 voor de prijs van 2. En raad eens wie daar al twaalf jaar elke dag als trouwe klant binnenwandelt? Voor de kaaswinkel moet ie vijf kilometer fietsen, dus ach, supermarktkaas is ook prima. Moet vooral lekker snel en simpel blijven. ‘Maar ik ben echt geen fan van smeerkaas, camembert en speciale kazen met van die aparte smaakjes…’ Wat blijkt? Zijn moeder was ook zo’n Hollandse kaaseter. En toen hij als kleine jongen ooit in het ziekenhuis belandde en na dágen eindelijk weer wat eetlust kreeg, was de boterham met kaas het allerlekkerste wat hij ooit had gegeten. Kjeld en kaas zijn sindsdien onafscheidelijk, maar in het weekend wil hij ook nog wel eens gaan voor wat exotische ham of kip op zijn bolletje. En soms een appel. Maar vooral chocolaatjes.
